© Emy Elleboog
Het Industrieplan richt zich op prioritaire actiedomeinen, uitgewerkt in een 90-tal concrete acties op korte en middellange termijn. Die acties leggen de basis voor structurele ingrepen om de toekomst van de Vlaamse industrie te verzekeren.
Kernenergie: cruciaal voor betaalbare energie
Hoge energiekosten vormen de grootste uitdaging voor de energie-intensieve industrie. Om die kosten te drukken, is kernenergie een essentiële factor.
“Tegen het einde van dit jaar bepalen we de concrete mogelijkheden voor de bouw van kleine modulaire kernreactoren,” aldus Diependaele. “Vlaanderen kan mee investeren in de bouw van die kernreactoren. Ik geef de Participatiemaatschappij Vlaanderen (PMV) dan ook meteen de opdracht om te bepalen op welke manier we financieel kunnen participeren in kernenergie.”
Innovatie en decarbonisatie
Vlaanderen is wereldwijd een koploper op vlak van innovatie. Die innovatiekracht wordt ingezet om de Vlaamse industrie internationaal een concurrentievoordeel te geven. “Door deze innovatieve technieken geven we onze Vlaamse industrie een internationaal competitief voordeel en verminderen we tegelijk de koolstofuitstoot,” zegt Diependaele.
Een industrieel kennisplatform bundelt de expertise van strategische onderzoekscentra (imec, VITO, Flanders Make, VIB) om de impact en concurrentiekracht te versterken. Daarnaast wordt het financiële instrumentarium voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie (O&O&I) gescreend en geoptimaliseerd.
Vlaanderen begeleidt energie-intensieve bedrijven op maat naar decarbonisatie. Samen met PMV en het Vlaams Energiebedrijf (VEB) worden kansen voor energie- en decarbonisatieprojecten onderzocht.
Infrastructuur als logistieke pijler
Een betrouwbare infrastructuur is essentieel voor een competitieve industrie. Vlaams minister Annick De Ridder benadrukt het belang van strategische infrastructuur, waaronder havens, duurzame vrachtwagenoplossingen en een Vlaamse spoorstrategie.
“Als logistieke draaischijf van Europa is het belangrijk om onze Vlaamse strategische infrastructuur, waaronder onze havens, niet alleen op peil te houden maar ook te versterken. We kijken dan specifiek naar duurzame vrachtwagenoplossingen, het verder uitwerken van zero-emissievrachtbeleid en het versterken van onze binnenvaart. We focussen ook op een Vlaamse spoorstrategie, weliswaar in dialoog met het federale niveau, waarbij we zullen aandringen op prioritaire investeringen in economische verbindingen zoals de IJzeren Rijn,” zegt De Ridder.
Focus op STEM-opleidingen en arbeidsmarkt
Om de kloof tussen vraag en aanbod van geschoolde arbeidskrachten te verkleinen, legt Vlaanderen meer focus op STEM-opleidingen, duaal leren en de opwaardering van technische en beroepsgerichte richtingen. Industriefederaties werken lokaal samen om werkzoekenden duurzaam te activeren en de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt te verbeteren.
Circulaire economie en vergunningen
Om buitenlandse afhankelijkheid van grondstoffen te verminderen, stimuleert Vlaanderen de circulaire economie. De huidige afvalwetgeving wordt geëvalueerd in overleg met OVAM en de industriefederaties.
Wie wil ondernemen, moet daar alle kansen toe krijgen. Snellere en efficiënte vergunningsprocedures zijn daarin essentieel. Een transparant en stabiel vergunningenkader is cruciaal voor de Vlaamse industrie, om rechtszekere en robuuste vergunningen te verzekeren.
Samenwerking op alle niveaus
De weerbaarheid van de Vlaamse industrie vraagt ook federale en Europese ondersteuning. In het kader van het federale ‘Make 2030’-programma legt Vlaanderen haar belangen rechtstreeks op tafel.
“Het is positief dat de Europese Commissie de focus van ecologie naar economie heeft verschoven. Het is nu aan hen om die woorden te schragen met concrete acties ter ondersteuning van onze Europese industrie,” besluit Diependaele.
