(c) Thinkstock
De Brusselse regering broedt op een fusie van beide drinkwaterintercommunales. Hydrobru, dat de 19 Brusselse gemeenten vertegenwoordigt, is enkel actief in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Vivaqua daarentegen is ook actief in delen van Vlaams- en Waals-Brabant. De gemengde intercommunale verenigt 38 gemeenten, waarvan 15 Vlaamse. “Door een ‘historische scheeftrekking’ zijn de zes deelnemende Brusselse gemeenten meerderheidsaandeelhouder. Zij trekken dus aan alle touwtjes bij strategische beslissingen”, stelt Diependaele vast. De fusie, die nu ter stemming voorligt in het Brussels parlement, is zo’n beslissing.
Financiële kater dreigt
Hydrobru zeult evenwel een schuldenberg van 600 miljoen euro mee en staat voor zware investeringen. De gemeenten uit Halle-Vilvoorde vrezen dat de vennoten van Vivaqua, dat wel financieel gezond is, mee zullen moeten opdraaien voor die schuldenlast en de - louter Brusselse - investeringen die zich opdringen. “Dat betekent dat er na de fusie een prijsstijging voor het drinkwater zit aan te komen”, zegt Vlaams Parlementslid Bart Nevens uit Kortenberg. “Dat stelde Vivaqua-voorzitter en Brussels PS-burgemeester Yvan Mayeur trouwens onomwonden in de Franstalige krant L'Echo.” Daarom hebben elf van de betrokken Vlaamse gemeenten tegen de fusie gestemd. Negen van die gemeenten willen ook zeker uit Vivaqua stappen. “Maar met de bestaande statuten kan dat enkel met een tweederdemeerderheid. Gezien de samenstelling van de raad van bestuur, met 4 Vlaamse stemmen op 25, is dat een hopeloze zaak”, meent Vlaams Parlementslid Willy Segers, burgemeester van Dilbeek.
Brusselse strop rond Vlaamse nek wordt aangetrokken
“De Vlaamse gemeenten voelen dat de strop rond hun nek wordt aangetrokken. Daarom hebben we beslist om een belangenconflict in te dienen en goed te keuren in het Vlaams Parlement”, zegt Vlaams Parlementslid Lieve Maes uit Zaventem. “Dat betekent concreet dat de bespreking van de fusie in het Brussels parlement voor zestig dagen wordt opgeschort. We maken ons sterk dat er via overleg een oplossing gevonden kan worden. Het is toch de evidentie zelf dat gemeenten zelf moeten kunnen beslissen om wel of niet tot een intercommunale te behoren”, besluit zij.
