Familiale ondernemingen en vennootschappen zijn mede steunpilaren van onze Vlaamse economie en welvaart. Om hun activiteiten hier te verankeren en bedrijfsleiders te stimuleren tijdig na te denken over de opvolging van hun bedrijf werd een Vlaamse gunstregeling uitgewerkt rond schenk- en erfbelastingen voor familiale ondernemingen en vennootschappen mits ze voldoen aan enkele voorwaarden. Het gaat enerzijds om voorwaarden om de gunstmaatregel te krijgen en anderzijds een aantal voorwaarden waaraan moet voldaan zijn om het gunsttarief te behouden.
Arnout Coel kaart kwestie aan bij minister
Vlaams Parlementslid Arnout Coel kaartte bij de minister aan dat een aantal van die voorwaarden in het gedrang komt door de aanhoudende coronamaatregelen. Zo moet een reële economische activiteit aangetoond worden en moet er ook sprake zijn van een ononderbroken activiteit na schenking en moeten een minimale loonlast kunnen worden aangetoond. Door onder andere de verplichte sluitingen en het inroepen van tijdelijke werkloosheid dreigden een aantal familiale ondernemingen die van het gunsttarief gebruik hadden gemaakt de laatste drie jaar of die overwegen er nu een beroep op te doen, niet meer aan de voorwaarden te voldoen.
Minister Diependaele toont begrip en stelt gerust
Vlaams minister van Financiën Diependaele toonde begrip voor de bezorgheden van Vlaams Parlementslid Coel en de betrokken familiale ondernemingen en bevestigde dat naast waarborgen die al in de huidige regelgeving zijn voorzien ook overmacht ingeroepen zal kunnen worden, wat dan individueel beoordeeld zal worden. Minister Diependaele: “Gedurende de hele COVID-periode met al haar maatschappelijke problemen en gevolgen heeft de Vlaamse Belastingdienst steeds erg snel bijkomende toleranties (zoals bepaalde termijnverlengingen en betalingsuitstel) ingevoerd en gecommuniceerd. Dit bewijst een juiste mindset van begrip en empathie… en ik ben er zeker van dat dit ook voor deze problematiek het geval is.”
Vlaams Parlementslid Coel reageert tevreden op het antwoord van de minister: “Onze familiale ondernemingen mogen niet nog eens extra het slachtoffer worden van opgelegde coronamaatregelen en daardoor ook nog eens hogere belastingen moeten betalen. Ik bedank de minister en zijn diensten om in deze de nodige empathie aan de dag te leggen bij het beoordelen van het al dan niet schenden van de voorwaarden.”