Democratisch deficit
De V-dag ‘Welvaart door confederalisme’ begon met een primeur. Voor het eerst in de geschiedenis van de N-VA werd een kiescampagne op gang getrapt door een kandidaat-premier. Jan Jambon schetste het onwaarschijnlijke parcours dat de N-VA de afgelopen jaren heeft afgelegd: van staatsgevaarlijke partij tot regeringspartij die ook in Franstalig België steeds meer respect wint. “Veel is op die vier jaar veranderd, maar onze analyse over hoe dit land in elkaar zit, onze communautaire analyse, die is niet veranderd“, sprak Jan Jambon, intussen ervaringsdeskundige in de werking van de Belgische macht. Volgens Jambon beginnen de geesten ook in het zuiden van het land steeds meer te rijpen, zeker nu de Franstaligen onder Michel I een centrumrechts beleid kregen waarvoor ze niet hadden gestemd. “Wij zijn de enigen met een plan om dat democratisch deficit weg te werken, niet alleen in Vlaanderen, maar in de beide democratieën die dit land rijk is. Dat plan heet confederalisme”, zei Jan Jambon.
De federale potvis
Na een kort filmpje waarin Brussels lijsttrekker Cieltje Van Achter de dramatische situatie in onze hoofdstad uitlegde, maakte Ben Weyts de surrealistische uitingen van de uitgeleefde Belgische federatie concreet met enkele hallucinante voorbeelden. “Een potvis in de zee is federale bevoegdheid, een potvis op het strand is Vlaams”, grapte Ben Weyts, die het daarvoor al had aangedurfd om voor een bomvolle zaal de PS groot “gelijk te geven” dat het niet eerlijk is dat Wallonië een Vlaams beleid moest ondergaan. Nochtans is dát waar we voortaan voor staan in België: een regio die federaal gedomineerd wordt door de andere, met alle frustratie van dien. Met andere woorden: de Belgische blokkering is even nefast en ondemocratisch voor de Franstaligen als voor de Vlamingen. Misschien wel meer voor de Franstaligen zelfs, want hun problemen zijn groter dan die van het welvarende Vlaanderen, waardoor zij nog meer dan wij gebaat zijn bij een gegarandeerd eigen beleid op eigen maat, betoogde Ben Weyts. Daarnaast toonde de Vlaamse lijsttrekker in Vlaams-Brabant met concrete voorbeelden aan dat het communautaire nooit helemaal in de diepvries is blijven steken, getuigen daarvan het aantal hangende belangenconflicten en klachten bij de Raad van State . Ben Weyts’ conclusie was dan ook even helder als onontkoombaar: “Het Belgisch federalisme is failliet, in elke betekenis van dat woord. Dit land moet veranderen. Alleen dan kunnen we de welvaart en het welzijn van de Vlamingen veiligstellen.”
Flamingant als geuzennaam
Sander Loones en Matthias Diependaele maakten de confederale plannen van de N-VA concreet. Aan de hand van gebeurtenissen en uitspraken van de afgelopen jaren hielden ze de toehoorders het alternatief voor indien de N-VA niet in de federale regering had gezeten. Als voorbeeld gaven ze Joëlle Milquet in plaats van Jan Jambon als minister van Binnenlandse Zaken na de aanslagen op 22 maart 2016. “Zou u dan evenveel vertrouwen hebben gehad?” De meeste tijd in hun uiteenzetting ging uiteraard over de vorm die de confederatie België aanneemt in de visie van de N-VA. In die confederatie worden de twee deelstaten Vlaanderen en Wallonië eigenaar van alle bevoegdheden. In sommige domeinen kunnen Vlaanderen en Wallonië overeenkomen om samen te werken, “niet omdat het moet, maar omdat ze dat zelf zo willen. Ons confederalisme is een positief verhaal waarbij Vlaanderen en Wallonië kiezen voor verstandige samenwerking.” Opvallend in het N-VA-plan zijn de uitgebreide bevoegdheden voor Brussel en de instandhouding van een weliswaar uitdovende solidariteit met Wallonië. Matthias Diependaele en Sander Loones eindigden hun betoog met een oproep aan alle aanwezigen om de idee van het confederalisme uit te dragen in hun omgeving. “Flamingant was ooit een scheldwoord, daarna werd het een geuzennaam. Vandaag is het een kwaliteitsmerk, met onze Vlaamse leeuw als kwaliteitslabel. Laat ons meer Vlamingen overtuigen om dat kwaliteitslabel, die de titel “Vlaanderen” te dragen, met fierheid, openheid en durf.”
Bolwerk Vlaanderen
Het laatste woord was voor N-VA-voorzitter Bart De Wever. Hij begon met een woord van lof voor de klimaatspijbelaars, die hij roemde voor hun moed om zich met passie te engageren voor overtuiging. Hij wenste de Vlamingen dezelfde moed toe, want “er zit in Franstalig België een zeer kwieke 67-jarige klaar om het roer weer over te nemen. Elio.” Geen kwaad woord over Di Rupo bij voorzitter De Wever, maar dat diens ambities gelijk staan met de tenietdoening van het N-VA-werk van de voorbije jaren, is reden te over om scherp te blijven, waarschuwde Bart De Wever. “Dus vrienden, zal het aan ons zijn om het bolwerk Vlaanderen te verdedigen. Met man en macht, en met alles dat we hebben. De enige dam tegen het PS-beleid en de linkse backlash is een stem voor de N-VA. Ik reken op u om de angstzaaierij van de traditionele partijen te weerleggen en zoveel mogelijk mensen te overtuigen om de N-VA sterk te maken”, liet hij aan duidelijkheid niets te wensen over. Met de oplossing, en dat was meteen de conclusie van een fel gesmaakte en succesvolle eerste V-dag, waren de 800 aanwezige N-VA’ers het volmondig eens: “Het is hoog tijd voor confederalisme.”